01 Nov Kleine MozAart
Veel jongens dromen van vrachtwagens. Ook Aart Timmer van 12 jaar droomt van mooie trucks. Maar chauffeur zal hij nooit kunnen worden, want Aart is meervoudig gehandicapt.
Omdat zijn droom nooit zal uitkomen, heeft de stichting Shamajo als verrassing voor Aart een wensdag georganiseerd. Samen met Van Vliet Trucks uit Nieuwerkerk aan den IJssel is een hele bijzondere middag in elkaar gezet. Het eerste onderdeel is een rit in een zwarte Hummer. Jan Smit schalt uit de speakers. Na een paar rondjes over het terrein wordt er gestopt voor een halve cirkel met twaalf geparkeerde vrachtwagens. Het zijn auto’s van diverse pluimage. Patrick Onderwater van Van Vliet: “Ik heb ze uitgezocht op het geluid van de toeters, en op stoerheid natuurlijk. En ik heb er twee brandweerwagens bij gezet voor de lichteffecten.” Dat de wagens op geluid zijn uitgezocht is niet zo heel vreemd. Aart is namelijk gek op het getoeter van vrachtwagens. En daar weet ‘wensvervuller’ Fred Reussien wel raad mee: “lk heb een concert gecomponeerd voor twaalf vrachtwagens. Daarbij heb ik vrij gebruik gemaakt van een beroemde Weense wals.” Als Aart komt aanrollen, krijgt hij een helm met gehoorbescherming op zijn hoofd en een dirigentenstokje aangereikt. Mathias Heijboer zit achter het stuur van een Scania Torpedo en tuurt gespannen door de voorruit, want het gaat zo beginnen. “Ik rijd normaal gesproken op een tractor bij een loonbedrijf. Maar om in deze Scania te zitten, vind ik ook supermooi. Het is leuk om dit te doen voor die jongen.” Fred pakt een groot bord met daarop allerlei blokjes van verschillende lengtes en kleuren. Het laat zien hoe de chauffeurs van de vrachtwagens moeten gaan spelen. Zoiets heet een partituur en dit is een partituur voor mensen die geen noten kunnen lezen.
Kakofonie
Aart parkeert zijn rolstoel voor de twaalf vrachtwagens en heft zijn stokje. Als hij naar een groenrode Volvo wijst, klinkt een luide
toeter: het begin van het concert. Het wordt een helse kakofonie, waar in de verste verte geen Weense wals in te ontdekken valt. Aan de muzikanten ligt het niet, die doen stinkend hun best. En aan Aart in zijn rolstoel ligt het ook niet, hij zwaait als een kleine Mozart met zijn stokje. Hoewel de jongen niet kan praten, spettert de lol uit zijn ogen. Zijn gezicht staat op standje ‘glimmen van oor tot oor.’ En in zijn rolstoel maakt hij de ene na de andere pirouette. Dat de Weense wals uiteindelijk niet helemaal tot zijn recht komt, ligt waarschijnlijk aan de partituur. Door de regen is die namelijk niet goed meer te lezen.
Piet Onderwater van Van Vliet: “Je hebt er een hoop werk aan, maar als je de lol van zo’n joch ziet, dan weet je dat dit het waard is! Voor hem is het heel bijzonder.” Dick Timmer, de vader van Aart, werkt als uitzendchauffeur. Hij wordt een beetje stil van de herrie maar vooral van het plezier dat zijn jongen heeft. “Je ziet het aan zijn ogen en zijn gezicht, hij vindt dit prachtig.” En als we het aan Aart zelf vragen, krijgen we alleen maar instemming. Hij heeft maar heel even tijd voor Truckstar want vandaag gaat het allemaal om de vrachtwagens. Aart draait zich om en maakt nog een rondje. Na het toch heel geslaagde concert wordt de knaap in een DAF van Van Vliet gehesen. Daarmee gaat hij op weg naar Rotterdam voor een vaart met de Pannenkoekenboot. En nu maar hopen dat die zijn scheepshoorn ook even laat klinken.
Sorry, the comment form is closed at this time.